Wunthou

8 juni 2014 - Malakal, Soedan

Ik moet echt even nadenken waar ik zal beginnen en wat ik ga schrijven, heb al zoveel meegemaakt de afgelopen tijd, te veel om op te schrijven. Laat ik beginnen met het kamp bij de grens van Sudan, Wunthou heet die plaats. Naar schatting wonen daar nu 10.000 mensen van wie een groot deel vluchtelingen uit eigen land zijn. In april toen er zoveel gevechten waren zijn hier veel mensen heen gevlucht, er komen nog niet veel terug, een groot deel komt uit Renk zelf en durft nog niet terug. Sinds begin mei is Medair hier een tijdelijke kliniek begonnen na een inventarisatie naar de nood. Medewerkers van een kliniek hier in Renk ( Medair) waren ook gevlucht daar naartoe en zijn daar weer opgestart met het bieden van medische hulp. Geweldig dat deze mensen dat opgepakt hebben, gezien het feit dat ze zelf nu ook vluchtelingen zijn. Eerst konden er 2 kleine kamertjes gebruikt worden in het politieburo, maar dat was veel te klein. Er komen zo rond de 150 tot 200 patienten per dag, ze zaten op de stoep van het buro en werden daar geregistreerd. Toen is er een stuk grond vrijgekomen en in overleg met de chief kon hier gebouwd worden. Eerst een tent neergezet en daarna 3 barracuda’s, dat zijn gebouwtjes van hout en olifantengras met een stuk zeil op het dak. Zie foto’s met uitleg.

Nu draait de kliniek weer beter, er zijn wat nieuwe mensen aangenomen en die worden ingewerkt, het is een fijn team daar. Ook is er een voedinsprogramma gestart voor kinderen onder de 5 jaar die ondervoed zijn. Deze week was er een team van 4 man om pakketten uit te delen van Non Food Items, dit is eerder ook onderzocht wat de mensen nodig zouden hebben, het pakket bestond uit zeep, zeil, watercontainer, dekens en muskietennetten. Dit liep goed in samenwerking met een andere organisatie. Het team logeert dan bij ons in huis, wat gezellig is en wat afwisseling brengt. Deze week waren we met 18 mensen op de basis. Het waren drukke weken, omdat we bijna dagelijks daarheen zijn geweest i.v.m. het opstarten en regelen van veel zaken. De rit daar naar toe is ongeveer 45 minuten, het is een warme rit, asfaltweg, aan de ene kant van de weg groeit het een en ander, dit is de kant die aan de Nijl grenst, de andere kant van de weg is droog, droog en nog eens droog. Het lijkt altijd of is het die kant uit nog weer veel warmer, in het kamp is het ook zo heet, vooral zo tussen 12 en 3 uur, ik drink enorm veel water. 

Tijdens de werkzaamheden maak je van alles mee. Zo kwamen we uit de kliniek in Abajock en moesten we een oma, moeder en kindje van 1,5 meenemen naar het militaire ziekenhuis, daar worden patienten naar doorverwezen als ze in de kliniek niet geholpen kunnen worden. Het lokale ziekenhuis is nog steeds gesloten, het militaire draait op halve kracht, ook daar is geen dokter momenteel.

In ieder geval, we reden naar het ziekenhuis en onderweg is het kindje overleden. Oma en moeder waren gevlucht uit Renk en het kindje was al een poosje ziek. Ze hadden het er nu toch op gewaagt om terug te lopen naar Renk, maar helaas het was te laat, dan komt het echt heel dichtbij, wat een verdriet.

Zo sprak ik met de chief in het kamp, hij vroeg me waar m’n husband was en of ik kinderen had. Nou, nee dus, beide niet. Hij gaf me het advies om terug te gaan naar Nederland en alsnog een man en kinderen zien te krijgen. Het is hier heel erg vreemd als je ongetrouwd bent. De man had zelf 7 vrouwen en 30 kinderen.

In de kliniek kwam een vrouw die recent een keizersnee had gehad, ze had 6 kinderen en niemand die voor haar kon zorgen na de ingreep. Ze was dus druk aan het werk gegaan en de wond was opengegaan en geinfecteerd geraakt.

Ook kwam er een vrouw, kind aan de borst, ze wilde dat we haar een tent zouden geven, het kind leek ondervoed, dus we verwezen haar naar het voedingsprogramma in de barrakude ernaast. De vrouw was dronken en het leek erop dat ze zelf de extra voeding op zou eten. Dat risico is er bij alle gezinnen waarvan de jongste kinderen extra voeding krijgen via de kliniek. De moeders geven het vaak ook aan de andere kinderen waardoor het ondervoede kind dus niet aansterkt en meer risico loopt op ziektes. De moeders staan voor moeilijke keuzes wat dat betreft.

Ik sprak een vrouw die al een maand op de vlucht is, ze komt uit Malakal, onderweg heeft ze haar vader, man, 2 zonen verloren en was nu in het kamp met nog een dochter en zoontje. Ze was gevlucht in de kleren die ze aanhad en had niks mee kunnen nemen.

Dat zijn nog maar een paar verhalen.

Het leek erop dat het wat rustiger werd en de stad werd iets levendiger, maar helaas deze week toch weer  2 x gevechten hier in de buurt en op de route waar we langskomen als we richting het kamp bij Sudan gaan. De eerste keer duurde het niet zo lang, maar de 2e keer vanaf  6.45 ‘ s ochtends tot een uur of 3  ‘s middags. De schoten hoor je hier dan, terwijl het nog redelijk ver weg is. De oppositie probeert dan de Nijl over te komen op zoek naar voedsel. Tot nu toe zijn ze steeds nog tegen gehouden door het leger, maar elke keer vallen daar slachtoffers bij en gewonden. Wij mogen dan niet van de basis af, er is dan nauw contact met de UNMISS die ons regelmatig een update geeft en die ook het sein geeft dat het weer veilig is. Vrijdag hebben we de hele dag op kantoor gezeten, kantoorwerk gedaan. Niemand mag dan de deur uit, eind van de dag werd er overlegd of we in huis konden gaan slapen of dat we allemaal op kantoor moesten blijven. Het kantoor is de plaats waar we verblijven als het niet velig is. Gelukkig konden we ‘s avonds naar het huis en konden we in ons eigen bed slapen. We moesten wel onze tas klaar hebben staan voor het geval de gevechten weer zouden beginnen en we misschien alsnog naar kantoor of de UNMISS compound zouden moeten vertrekken.

Zo maak je heel wat mee elke dag, geen dag is hetzelfde en loopt toch vaak anders dan gepland. Bijzonder is dat de klinieken steeds open zijn gebleven, er kwamen wel wat minder patienten maar mensen konden in ieder geval geholpen worden.

Hannah werkt me goed in, we hebben al veel kunnen doen samen. Tecla is nu op verlof voor 3 weken.

Met mijzelf gaat het goed, er komt wel veel op me af, doordat je er nu zo dichtbij bent komt het nog meer binnen dan als je het op tv ziet thuis op de bank, ik ben ‘s avonds ook best moe. Met die gevechten schrok ik eerst best wel en doet het pijn te weten dat er op zo’n moment weer mensen gaan vluchten. Zelf was ik niet echt bang, we zitten hier best veilig en er is goed contact met de UNMISS en er wordt niet lang gewacht met het nemen van besluiten. We weten ook dat God bij ons is, wat er ook gebeurt. We bidden dagelijks voor de nood in het land en wijsheid hoe we de mensen het best kunnen helpen en hoe we  de teams  gemotiveerd kunnen houden in de klinieken en hun kunnen ondersteunen om hun kennis te vergroten. Ik leer al aardig wat namen van medewerkers onthouden, het is aftasten van beide kanten, zij proberen mij wat te leren kennen en ik hun. Samen met Hannah zie ik wel zaken die verbeterd kunnen worden, maar het is zoeken en aftasten naar wat de beste manier is om dat duidelijk te maken. Daar moeten we ook tijd voor vinden, want zo even tussen de bedrijven door werkt niet echt denk ik. We zijn nu nog best druk alles draaiende te houden, maar hopen binnenkort ook wat extra training te gaan geven. Stap voor stap… haba haba in het Arabisch. We benoemen steeds dat we het heel erg waarderen dat ze elke dag hun werk doen en ook werken als het even wat minder veilig is. In het kamp van Abajock is in april 1 van de medewerkers overleden in de gevechten, veel medewerkers hebben ook vrienden of familie verloren.

 Ik wil jullie nog verwijzen naar een website van collega’s van mij. Wendy en Willem, Wendy is de communicatiemedewerker in Zuid Soedan en Willem is de deputy country director. Wendy schrijft goede verhalen met foto’s voor de donoren, krant,de website van Medair . Ze heeft recent een verhaal geschreven over een medewerker van Medair uit het land zelf.

Hun website is:  http://www.hetisgenoeg.org

Het is een heel verhaal geworden, de foto’s helpen denk ik wel om het wat beter over te brengen.

Hartelijke groeten en goede Pinksterdagen verder.

 

 

 

 

 

 

                                                                             

Foto’s

5 Reacties

  1. Helga de Jong:
    8 juni 2014
    Sterkte met alles. Wij krijgen hier wel wat door over Zuid-Soedan. Alleen maar ellende. Gelukkig dat je iets kan doen!! Erg belangrijk!!
    Lieve groeten en zal aan je denken. Helga
  2. Weltje Postma:
    8 juni 2014
    Lieve Mirjam! Wat jullie daar allemaal moeten meemaken, en toch met elkaar zo goed en zo kwaad als het kan zo veel mogelijk hulp bieden! Wat een diep respect heb ik zeker voor jou, en jou collega's .Je word er heel stil van, en hoop en bid voor jullie dat jullie het werk mogen blijven doen Mirjam alle liefs en een dikke knuffel van Weltje!!
  3. Marian:
    8 juni 2014
    lieve Mirjam

    Mensenkinderen wat heftig allemaal, idd heel anders dan weer je het op t.v. ziet of in de krant leest!
    Heel veel zegen van God gewenst, Hij is je Bewaarder!

    liefs en een dikke knuffel Marian
  4. Wendy van Amerongen:
    9 juni 2014
    Bedankt voor je verhaal Mirjam en voor het benoemen van onze website! Hoop dat veel mensen het mogen lezen en Zuid-Sudan opnemen in gebed en financiele ondersteuning. Dank!
  5. Rona:
    9 juni 2014
    Morgen een veilige reis naar Juba!
    Krijgt een heel andere inhoud,iets wat je anders heel gewoon zegt,nu jullie in deze omstandigheden zijn.
    Sterk in vertrouwen!
    Je zus